Tuinvlindertelling

Welke soorten vlinders vliegen er in jouw tuin? Tel mee met de tuinvlindertelling en help ons de vlinders beter in kaart te brengen!

Hoe werkt het?

Loop tijdens de tellingdagen een rondje door de tuin en noteer gedurende 15 minuten alle vlinders die je ziet.

Maar tel deze waarnemingen niet bij elkaar op, want dan kan het zijn dat je vlinders twee keer telt. Geef van elke vlindersoort het hoogste aantal door dat je tegelijk hebt gezien. Voorbeeld: je ziet eerst 3 dagpauwogen tegelijk. Tien minuten later zijn er weer 2 dagpauwogen. Dan geef je door: 3 dagpauwogen.

Zie je later op de dag of één van de andere teldagen weer vlinders? Dan kun je die doorgeven via een nieuwe telling.

Heb je een vlinder gezien die niet in de tellijst staat? Dat kan; we tellen alleen de meest voorkomende soorten tuinvlinders. Je hoeft deze waarneming dan niet in te vullen.

Belangrijk: als je geen vlinders ziet is het ook belangrijk om dit door te geven. Deze data zijn net zo belangrijk als tellingen waar wel vlinders gezien zijn. Vul dan '0 dagvlinders gezien' in in het telformulier.

Wat is een goed moment om te tellen?

Kies een zonnig moment, want dan laten de meeste vlinders zich zien. Als het warm is vliegen ze al vanaf een uur of negen, tot het einde van de middag. Na vijf uur 's middags is het vaak niet meer geschikt, behalve als het heel warm; dan zijn de vlinders in middagrust (zo’n beetje tussen één en vier uur) en kan het wel nuttig zijn om van vijf uur te tellen, tot ongeveer zes uur.

Lees meer informatie op de website van Tuintelling.nl